Familie van Hettinga Tromp
In 1696 trouwt Hylke Michiels Tromp (1675-1759), meester scheepstimmerman in Woudsend, met Wytske Tietes van Hettinga (1679-v1720) uit het naarbij gelegen Teroele. Hun oudste zoon Tiete Hylkes Tromp (1704-1785) is ook scheepsbouwer in Woudsend en rond 1767 gaat hij als rentenier in Lekkum wonen. Daar wijzigt hij zijn familienaam in Hettinga Tromp en vernoemt zich dus tevens naar zijn moeder.
Deze Tiete Hylkes Tromp, gehuwd met Uilkje Hoites (1706-1788), heeft één dochter Wytske Tietes Hettinga Tromp. Zij huwt in 1762 met Hein Blok en hun huwelijk blijft kinderloos.
Haar neef aan moederszijde, Solke Walles (1761-1811) is gehuwd met haar nicht Tjitske Ages Tromp (1760-1816). Het tweede kind uit dit huwelijk krijgt op Wytske's verzoek de naam Tiete Solkes Tromp
(1786-1844). In ruil voor het behouden van de naam Tiete Tromp, vermaakt Wytske bij testament van 1789 haar vermogen aan de ouders Solke Walles en Tjitske Ages Tromp. Wanneer Tiete Solkes meerderjarig wordt, krijgt hij de beschikking over de gehele erfenis, waaronder het herenhuis ‘Eeburg’, genoemd naar de Ee waaraan de scheepswerf van Tiete Hylkes te Woudsend is gelegen.
Ook verschillende kinderen en kleinkinderen van Age Hylkes Tromp en Janke Feitses Bakker, ook een zoon van Hylke Michiels en Wytske Tietes van Hettinga, hebben de familienaam (Van) Hettinga Tromp aangenomen.
De familie (Van) Hettinga Tromp leeft aldus voort in de 19e en 20e eeuw, maar is heden ten dage in mannelijke lijn uitgestorven. De familie kent uitzonderlijk veel juristen. Verscheidene kleinzonen en achterkleinzonen van Tiete Solkes Tromp hebben met hun gezinnen in Nederlands-Indië gewoond waar de vaders veelal een bestuurlijke functie hebben gehad. De meeste gezinnen zijn naar Nederland teruggekeerd.